Kinderbrillen – om de wereld mee te ontdekken

Eén op de vijf kinderen draagt een bril. Dat zijn er veel, maar het herkennen van een verminderd gezichtsvermogen is erg moeilijk. Kinderen moeten letterlijk nog leren kijken en kennen daardoor het verschil nog niet tussen een goed en een slecht zicht. Het is daarom erg belangrijk dat ouders hun ogen openhouden voor bepaalde signalen.

Het vroegtijdige opsporen van een verminderd gezichtsvermogen bij kinderen kan een oogafwijking op latere leeftijd voorkomen dan wel afzwakken. Helaas valt het opsporen ervan niet mee omdat kinderen vaak niet zelf aangeven dat ze niet goed zien. In onderstaande paragrafen leest u alles over dit belangrijke thema.

1. Wanneer heeft mijn kind een bril nodig?

Het zicht ontwikkelt zich bij kinderen stapsgewijs. Waar pasgeborenen nagenoeg alleen licht en donker van elkaar kunnen onderscheiden, kunnen baby’s vanaf twee tot vier maanden groffe structuren zoals mond en ogen herkennen.

Weetje: Dat kleine kinderen verziend zijn, is normaal en geen enkel probleem: De elasticiteit van de ogen corrigeert daarvoor. Over het algemeen verdwijnt de verziendheid helemaal vanzelf door de groei van het oog. In de volgende gevallen heeft uw kind een kinderbril nodig:

Bij verziendheid/verschillende sterktes aan beide ogen
Bij bijziendheid (blijft vaak onopgemerkt tot het kind naar school gaat)
Bij een verkromd hoornvlies, waardoor het kind niet scherp ziet
Als uw kind loenst

Deze oogafwijkingen moeten worden gecorrigeerd. Gebeurt dit niet, kan het zicht een leven lang zwak verminderd blijven (dit wordt ook wel ‘amblyopie’ of in de volksmond ‘een lui oog’ genoemd).

2. Hoe weet ik of mijn kind slecht ziet?

Er zijn enkele symptomen die kunnen betekenen dat uw kind een verminderd gezichtsvermogen heeft:

Baby’s & peuters

Wazig hoornvlies
Bibberende, ontstoken, tranende of geelachtige ogen
Loensen
Veranderingen aan de oogleden
De baby maakt geen oogcontact

Kleuters & schoolgaande kinderen

Constant wrijven in de ogen
Kleine afstand tot boek, tv of computerscherm
Moeilijk kunnen kijken als het schemert of donker is
Moeite met de balans

Andere tekenen bij wat oudere kinderen zijn hoofdpijn, vermoeidheid, onzekerheid bij het pakken van dingen, lees- en schrijfproblemen of een verminderde concentratie.

In het geval van kinderen geldt: Voorkomen is beter dan genezen. Laat de ogen dus liever één keer te vaak onderzoeken dan één keer te weinig.

3. Screenings bij de oogarts

Laat oogonderzoeken die wettelijk geregeld zijn en dus worden vergoed door het ziekenfonds hoe dan ook uitvoeren.

Tip 1: Verschillende oogonderzoeken worden aangeboden door de kinderarts en door de ziektekostenverzekeraar vergoed – informeer bij uw verzekeraar welke dit zijn. Het zicht wordt tijdens deze onderzoeken standaard gecontroleerd.

Deze screenings kunnen niet iedere oogafwijking opsporen. Als het kind tussen de twee en vier jaar oud is, wordt daarom aangeraden de ogen te laten controleren door een kinderoptometrist. Komen oogafwijkingen voor in de familie, wordt aangeraden dit al tussen zes en twaalf maanden te laten doen. Met name in het geval van een extreem slecht zicht of loensen wordt dit aanbevolen.

Tip 2: Veel oogafwijkingen zijn erfelijk en kunnen gewoon worden gecorrigeerd als ze op tijd worden herkend.

Laat de ogen van uw kind in ieder geval meten voordat uw kind naar school gaat. Op die manier weet u op tijd of uw kind een oogafwijking heeft en een bril nodig heeft.

4. Het kopen van een kinderbril: Waarop moet ik letten?

Babybrillen moeten aan verschillende eisen voldoen. Neem hierover contact op met een vakman, want de kans is groot dat de bril van uw baby moet worden voorzien van speciale veredelingen. Hij helpt u het passende materiaal, de juiste vorm en de benodigde bewerkingen te bepalen.

Kinder- en jeugdbrillen lijken qua vereisten op volwassen brillen. De bril moet qua grootte passen bij de vorm van het hoofd en het gezicht, een goede houvast hebben, juist gecentreerd zijn, robuust zijn en licht zijn. Natuurlijk moet de bril er ook goed uitzien: Voor kinderen en tieners is de look minstens even belangrijk als de kwaliteit.

Tip 3: De meeste particuliere ziekefondsen vergoeden brillen. Neem voor de precieze vergoeding contact op met uw verzekeraar.

Plotseling een bril moeten dragen, kan ingrijpend zijn voor kinderen. Ze zijn niet gewend een permanent voorwerp te voelen aan het gezicht en kunnen last hebben van het geringere gezichtsveld. Het is daarom erg belangrijk dat het kind de bril mooi vindt en prettig vindt zitten. Laat uw kind daarom ook altijd zelf de bril uitkiezen.

Een paar tips om de overgang naar het dragen van een bril makkelijker te maken voor uw kind:

Materiaal

Het montuur en de glazen van een kinderbril moeten stevig en robuust zijn: Uw kind hoeft op die manier niet bang te zijn dat de bril kapotgaat. Kunststofglazen zijn daarom een goede keuze. Ze kunnen beter tegen een stootje en breken minder snel dan glazen van mineraalglas (‘echt’ glas).

Pasvorm

Het montuur van een bril mag niet te klein en niet te groot zijn – de glazen kunnen dan niet optimaal worden gecentreerd. Kinderbrillen komen bij voorkeur overeen met de grootte van de oogkassen en zijn niet breder dan het gezicht. Natuurlijk mogen ze geen druk uitoefenen op de jukbeenderen of achter de oren. Hoe kleiner het montuur, hoe minder last kinderen er over het algemeen van hebben. De glazen moeten echter wel zo groot zijn dat uw kind een zo groot mogelijk gezichtsveld heeft.

Centrering

De centrering van de bril hangt direct samen met de pasvorm. Alleen als de pasvorm optimaal is, blijft de centrering intact als uw kind zijn of haar hoofd beweegt. Is de bril niet goed gecentreerd, kan uw kind dubbel zien, hoofdpijn krijgen of loensen.

Beugels en neusrug

Met name achter de oren en op de neus kunnen drukplekken ontstaan. Let er dus op dat de neusbrug een voldoende groot draagvlak heeft en het gewicht van de bril gelijkmatig wordt verdeeld, zoals bij een zadelbrug uit kunststof. Zadelbruggen passen zich aan aan de vorm van de neus en zijn goed buigbaar. Beugels met een goede houvast zijn wat groter dan standaard beugels en lopen bijna helemaal door tot de oorlellen. Ze voorkomen dat de bril verschuift tijdens het sporten of spelen. Zogenaamde ‘veerscharnieren’ zijn bijzonder robuust en garanderen een lange levensduur.

Glaskeuze

Kunststofglazen zijn steviger en lichter dan glas. Een kraswerende laag is echter nodig om te voorkomen dat de bril snel verkrast. Heeft uw kind een bril met hoge correctiewaarden nodig, dan is een glas-upgrade aan te bevelen. Het verkleinings- en vergrotingseffect van de ogen wordt daardoor gereduceerd en de glazen zijn dunner, en daarmee lichter. Een ontspiegeling van de glazen is ook aan te raden: Storende reflecties worden ermee verminderd.

Tip 4: Bespreek de aankoop van een passende bril voor uw kind met uw opticien. Via onze partneropticien finder optie vindt u een opticien bij u in de buurt.

Extra-Tip: Online kopen

Met name voor wat oudere kinderen is het online kopen van een bril een stressvrij alternatief. Ze zitten over het algemeen liever achter hun computer dan dat ze met hun ouders van de ene brillenzaak naar de andere moeten. Dat er gepast kan worden met een foto of via de webcam, maakt het proces natuurlijk extra leuk. Het enige wat u nodig heeft, zijn de huidige correctiewaarden van uw kind.

Checklist voor het kopen van een kinderbril

Een goede bril is/heeft:

Licht en flexibel
Robuuste beugels en zachte, goed passende neuspads
Afgestemd op het hoofd
Kunststofglazen inclusief kraswerende laag
Volledig ontspiegeld
Vraag advies aan uw opticien!

5. Regelmatige controles

Ons zicht en onze ogen veranderen contstant. Een jaarlijkse oogcheck bij de oogarts wordt daarom ook aangeraden. Daarnaast moet onze bril regelmatig worden gecontroleerd door een opticien – deze service is over het algemeen kosteloos. Laat de ogen van uw kind in ieder geval meten voordat uw kind naar school gaat.

Hou, indien mogelijk, de volgende tijdlijn in de gaten:

0-10 dagen oud: Eerste oogmeting
0-3 jaar oud: Eerste uitgebreide oogonderzoek
Schoolgaande leeftijd: Tweede uitgebreide oogonderzoek
Om de één, twee jaar vervolgonderzoek

Is uw kind te vroeg geboren of komen oogafwijkingen (loensen, extreem slecht zicht) voor in de familie, laat de ogen van uw kind dan voor het eerst onderzoeken als het zes tot twaalf maanden oud is, en laat de ogen daarna regelmatig controleren.

Belangrijk: Ga regelmatig met uw kind naar de oogarts om verbeteringen of verslechteringen van het zicht tijdig te kunnen vaststellen. Zolang uw kind groeit, verandert ook het zicht.

Oogafwijkingen aan een onvolgroeid oog kunnen succesvol worden behandeld als ze vroegtijdig worden opgespoord. Een verminderd zicht kan erdoor worden vermeden of gereduceerd.